‘Ik ben boos.’
‘Nee, je bent niet boos. Je bent liefde. Je voelt je boos.’
Mokkend staart hij voor zich uit.
‘Toch ben ik boos.’
Ik observeer hem even en zie dat zijn boze bui na een uur nog steeds als een donderwolk boven zijn hoofd hangt.
‘Helpt het?’ vraag ik hem.
‘Helpt wat?’
‘Het boos zijn. Voel je je er beter door?’
Hij kijkt me ietwat verbaasd aan.
‘Nee, hè hè, ik ben toch boos.’
Het doet me denken aan de tijd dat ik op een school werkte als zorgcoach.
Een jongen liep vast, werd boos en ging in een hoekje, bovenaan een tochtige trap zitten met een dikke, muffe, wollen deken over zijn hoofd. Ik vroeg hem wat hij daar deed. Hij antwoordde vanonder de deken dat hij boos was. Waarop ik hem vroeg: ‘Helpt het om jezelf dan in zo’n positie te brengen waarbij je én nauwelijks lucht krijgt én je het zometeen ook nog koud hebt?’ Hij stak zijn hoofd onder de deken vandaan en keek me vragend aan.
‘Als je nu eens lekker op de bank gaat zitten met de deken over je lichaam, dan haal ik wat water voor je. Als je zover bent, kunnen we erover praten en kan ik je wellicht ergens mee helpen. Dat is toch veel prettiger boos zijn?’ Er verscheen stiekem een glimlach op zijn gezicht. Ik deed alsof ik het niet zag. Hij stond op en ging, zoals voorgesteld, op de bank zitten. Na enkele minuten zei hij: ‘Juf, ik ben er klaar voor.’
We spraken over zelfliefde, zelfzorg en het belang van niet identificeren met je gevoelens. Je bént liefde, licht, bewustzijn. En als je je boos voelt, is het juist fijn om jezelf daar aan te herinneren. Hij heeft daarna nooit meer onder een deken gezeten en zorgde juist als hij zich niet fijn voelde, goed voor zichzelf.
Ik vond dit zelf ook altijd enorm moeilijk: mezelf niet identificeren met hoe ik me voel of hoe ik ervoor sta. Stel bijvoorbeeld dat je financiële problemen hebt. De meesten voelen zich dan schuldig, overtuigd dat ze niet goed hun best hebben gedaan, dat ze iets fout hebben gedaan, enzovoorts. Als je je daar volledig mee identificeert, trekt die gedachte je genadeloos de diepte in. Je energie daalt, je frequentie wordt verlaagd, en als je niet oppast, zie je enkel nog mist om je heen.
Dit geldt ook als je relatie stukloopt en je bang bent dat het jouw schuld is—dat je iets verkeerd hebt gedaan of niet goed genoeg bent. Negatieve gedachten kunnen al snel je hele dag bepalen en je zelfs in volledige duisternis hullen. Zo kan ieder aspect in ons leven van de ene op de andere dag een enorme grip op ons bewustzijn krijgen. Een kleine tegenslag of uitdaging op één vlak zorgt er dan voor dat we niet meer zien dat het licht op alle andere vlakken nog fel schijnt.
Het interessante van dit proces is dat we er zelf ook nog toestemming aan geven.
De samenleving houdt slachtofferschap in stand. Niet alleen omdat marketing hier wel bij vaart en je meer aandacht krijgt als je lijdt dan als je zegeviert, maar ook omdat er sociale regels lijken te zijn: iemand met schulden mag blijkbaar geen geld uitgeven. Iemand met liefdesverdriet mag niet lachen. Iemand die net een dierbare heeft verloren, mag niet genieten. Iemand die ziek is, mag niet feesten. En iemand die zijn leven niet op orde heeft, mag niet niets doen.
Onze maatschappelijke controle bepaalt wat wel en niet hoort.
Licht zijn terwijl alles in je leven donker is, dat is ongepast. Je moet boeten, lijden, vergiffenis vragen, je zonden opbiechten en deze rechttrekken. Daar moet je energie naartoe gaan. Zo moet jij je gedragen. Liefst met je hoofd gebogen, een boetekleed aan en een duidelijke grimas op je gezicht, terwijl je je handen vroom vouwt in de hoop dat God je vergeeft en alsnog goedgezind is. Het is eeuwenoude doctrine die nog steeds zit vastgeroest in onze samenleving.
Jezelf identificeren met je gedachten en de daaraan gekoppelde gevoelens kan er eenvoudig voor zorgen dat jij het licht niet meer ziet en enkel nog als een schim van jezelf rondwaart. Terwijl als je realiseert dat het slechts een gedachte is, enkel een emotie of gevoel, en dat dit niets zegt over jouw recht op gelukkig zijn, je bewust kunt kiezen waar je je wél mee wil identificeren.
Ik zeg daarom ook altijd: ‘Als je boos bent, doe het dan met liefde.’
En dan vooral met liefde voor jezelf. De heftigheid van bepaalde gevoelens, gedachten en emoties kan al veel van je vragen. Als je dan ook nog mee gaat in die laagfrequentie-energie, loop je er niet alleen op leeg; je ziet ook niet meer wat er wél goed gaat en blokkeert jouw oplossingsgerichte vermogen.
De donkere wolken die zich samenpakken, donderwolken die de lucht kleuren, het zijn je eigen gedachten die dit veroorzaken. Aan jouw de keuze. Er is geen enkele reden om niet iedere dag, ongeacht je situatie, te kiezen voor liefde en positiviteit. Je mag blij zijn. Je mag lachen. Dat is je geboorterecht. Schaamteloos, ongegeneerd, zonder schuldgevoelens gelukkig zijn. Ongeacht wat er op je pad komt of welke obstakels je (nog) hebt te overwinnen.
Volgens Christine Pannebakker is dit de grootste daad van burgerlijke ongehoorzaamheid. En ik ben het daar volledig mee eens. Want is dat niet wat hoe ze ons bewustzijn klein houden? Door ons vast te houden in laagfrequentie energieën? Daarom is (jezelf) vergeven, dankbaarheid en zelfliefde zo belangrijk. Zodat je uit die greep van je eigen negatieve gedachtegang blijft en jezelf steeds meer (geestelijk) kan ver-lichten.
Het licht in jou is sterker dan de schaduw van je gedachten.
Kies ervoor om het elke dag te zien.
Liefs, Eveline